Kunstbeschouwing

Dit is een richtingspecifiek van in de tweede graad van de richting Humane Wetenschappen

In de tweede graad was de volledige humane wetenschappen onderhevig aan veranderingen door de onderwijshervorming. De vakken cultuurwetenschappen en gedragswetenschappen bestaan sinds dit schooljaar dus ook niet meer in hun vroegere vorm.

Concreet hebben we als school ervoor gekozen om de nieuwe leerplandoelen te gieten in drie vakken: kunstbeschouwing, filosofie en gedrags- en sociale wetenschappen. In het keuzegedeelte komt er nog een uurtje humane+ bij.

In dit vak leren de leerlingen kunst kennen als een onderdeel van onze cultuur, naast andere uitingen zoals taal, politiek, recht, economie, klederdracht, … Kunst wordt hierbij onder de loep genomen in al zijn facetten. Zo gaan we nadenken over welke uitingen van de mens we als kunst kunnen bestempelen en welke niet, welke definitie we kunnen kleven op kunst. Is kunst onderhevig aan veranderingen doorheen tijd en ruimte? Welke theorieën bestaan er, waarom maakt men eigenlijk kunst?

Vervolgens leren we kunst waarderen. Wat meer kunnen we zeggen over een kunstwerk naast de courante uitspraken als: ‘mooi, lelijk, saai, …’? De leerlingen leren naar kunst te kijken vanuit een gevoelsoordeel, een studieoordeel en een inhoudsoordeel. In het tweede semester en in het vierde jaar beschouwen we de meeste westerse kunststromingen en doen de leerlingen een eigen onderzoek naar kunst.